Een fragment uit De familie Wachtman van Christiaan Alberdingk Thijm

alberdingk thijm-de familie wachtman-cmyk.jpg
  • jpg
image.png
  • png

 1 Coïtus

1

Wanneer ze met hem klaar is, reikt ze naar haar iPhone, alsof het een pakje sigaretten is. Het apparaat, aangelijnd op het nachtkastje, had tijdens de daad al om aandacht gevraagd. Ze probeert de telefoon los te koppelen van de oplader. Haar rechterborst hangt nu net boven het hoofd van Wachtman. Als hij zich een klein stukje opricht, zijn buikspieren aanspant, kunnen zijn lippen haar tepel omvatten, als een zuigeling. Ervaringsregels hebben hem echter geleerd dat hij het gebaar beter achterwege kan laten.

‘Toe,’ zegt hij, terwijl ze met het snoer klungelt, ‘blijf nog even op me zitten?’ Zijn handen omklemmen haar smalle heupen.

Met het ding in haar linkerhand, haar blik op het scherm gefixeerd, stapt ze van hem af, naar zijn kant van het bed, terwijl haar rechterhand heel even steun zoekt op zijn borstkas.

Wachtman staart in het halfduister naar het plafond, naar een haak waar ooit een lamp aan heeft gehangen. Er was een tijd dat ze hem onvoorwaardelijk kon begeren. Porde hem wakker, midden in de nacht. Twee grote kijkers in het donker. Haar stem die zegt, fluisterend, dat ze niet kan slapen, verlegen, hoopvol, als een klein kind dat smeekt nog even televisie op de bank te mogen kijken. ‘Weet jij misschien iets om me in slaap te krijgen?’ Ze was verslaafd aan hem. Een pinkbeweging was genoeg om haar te bevredigen.

‘Zit je op Insta?’ Hij spreekt de naam van het sociale netwerk een octaaf hoger uit, expres, alsof hij een puber is, alsof iedereen op Instagram een puber is.

‘Hm?’ Freya blijft bewegingloos liggen, haar hoofd op haar rechterhand geplant.

Het scherm, het enige licht in de slaapkamer, schijnt als een radioactieve bron boven haar rug uit. Wachtman staart naar de wervels die in een flauwe bocht omhoog gaan, tot waar de krullen beginnen. Met zijn vingers wandelt hij via de uitsteeksels naar boven. Het kan hem niet schelen dat ze het irritant vindt. Wachtman wil opgemerkt worden. Hij pakt een paar lokken tussen duim en wijsvinger. De krullen waar Freya zo vaak over klaagt. Ongehoorzaam, springerig, hormonaal. Wachtman steekt zijn neus in de bos en ruikt amandelshampoo. Dezelfde shampoo die hij na de allereerste keer – hij was fenomenaal – bij haar thuis onder de douche had gebruikt. In die tijd had hij nog een grote bos rode krullen. Haar arm lijkt een vlieg weg te slaan – ze wil dat hij ophoudt om aandacht te vragen.

Wachtman zucht. Draait terug op zijn rug. Zijn lid klopt na op de helling van zijn buik. Een koude druppel plengt naar beneden. Dood zaad. Toch zonde.

‘Alles goed met de kleine fans?’

‘Wat?’

‘Laat maar.’

Het is niet haar eigen Instagram-account dat Freya bekijkt; ze swipet door de reacties op de pagina van Felicity, het kindkarakter waaraan ze haar stem leent. Haar duim gaat eindeloos in een cirkelbeweging over het scherm, haar gezicht ertegenaan geplakt. Toen ze gingen samenwonen, zogenaamd vanwege de baby, bestond Instagram nog niet. Geen kind had van Felicity gehoord.

Hij slaat het dekbed van zijn onderbenen af, demonstratief, en kantelt zijn zware lijf naar links, op zijn zij. Zo kan hij zich makkelijker oprichten. Op de tast loopt hij door de gang. Hij ploft neer op de wc. Ja, hij moet van haar genderneutraal plassen – als een vrouw. Hij duwt zijn penis, nog half-erect, onder de rand van de pot. Uit zijn voorhuid perst hij met duim en wijsvinger de laatste druppel. Hij ruikt eraan, inhaleert de geur. Onmiskenbaar. Vintage Wachtman. Hoe roken zijn winden toen hij een puber was? Hij zou het niet weten. Maar een walm zaad brengt hem ogenblikkelijk terug naar zijn zolderkamer, de deur gebarricadeerd tegen de pottenkijkers, en Birgitta Steinberg, de eerste roodharige playmate. Het knisperende geluid van het scheiden van samengeklitte pagina’s. Hij, Philip, zijn voorhoofd rustend op een balk van zijn schuine zolderplafond, het mannenblad open geslagen voor hem op zijn tienerbed. Zij, Birgitta, vanuit een luie rieten stoel naar hem kijkend, uitdagend, haar benen gespreid, zo van: kom maar op, jochie. De geur van glossy papier vermengd met sperma: parfum van levenselixer.

Zijn laatste jaar. Het is zijn laatste jaar.

Geef hem een moment, maar dan verzamelt de urine zich in zijn pisbuis. Even ervaart Wachtman de sensatie van wel moeten maar niet kunnen plassen, een tinteling in zijn eikel. Als het straks komt, moet hij oppassen dat hij niet tussen pot en bril spuit. Zijn linkerhand kruipt naar beneden, langs zijn dikke buik; hij duwt zijn half-erecte penis naar de wand van de wc-pot. Een ferme straal kaatst tegen het porselein. Ha, niets mis met zijn prostaat. Terwijl zijn blaas leegloopt, legt hij zijn hoofd in zijn vrije hand. Waar is haar liefde gebleven?

Drie minuten. Langer duurde het niet. Ze had een klodder vaseline tussen haar benen gesmeerd en was op hem gaan zitten, gehaast, alsof bij iedere verloren seconde de kans op bevruchting afnam. Freya weet wat ze moest doen om hem snel klaar te krijgen. Als aan de lopende band verrichtte ze de noodzakelijke handelingen. In zijn hoofd riep hij op tot verzet. Wachtman concentreerde zijn gedachten op het vakgroepoverleg, probeerde de agenda van de vorige vergadering te reciteren. Aanvraag voor nwo-onderzoek. Iets met Surinaams erfrecht? Maar hoofd en lichaam zaten op een andere golflengte. Hij kwam, veel te snel, en zij pakte haar telefoon. Haar orgasme was uitgebleven, natuurlijk.

Ze wil een kind. Een kind van hem. ‘Een klein roodharig hummeltje,’ had ze gezegd. Zijn ego maakte een sprongetje. Het zou ze nader tot elkaar brengen, iets gezamenlijks. Freya klokte de tijden heel nauwkeurig. Iedere maand waren er twee cruciale uren. Het maakte niet uit waar hij was, hij moest op komen draven. Niet meer drinken, niet meer aan het einde van de dag een sigaretje roken. Zijn zaad moest in topconditie zijn. Maar het beoogde effect blijft uit. Freya wil maar niet zwanger worden.

Zijn laatste jaar en zij wil een kind. Nooit heeft hij er bij stil gestaan dat het weleens niet zou lukken. Tegenslag, dat is altijd de ander. Hoeveel stellen heeft hij tijdens zijn promotieonderzoek wel niet geïnterviewd? Zonder uitzondering ten einde raad. Nooit gedacht dat het hem ook zou overkomen. Nou ja, in technische zin overkomt het hem ook niet, het overkomt Freya. Wachtman weet dat het niet aan hem ligt. Dumortier heeft hem op zijn vijfenveertigste verjaardag nog getest.

Hij schudt zijn piemel om de laatste druppels plas te lozen. Hij wil zijn meisje terug. In het begin stond ze bij de deur te wachten als hij terug kwam van een congres in het buitenland. Zodra ze zijn sleutel in het slot hoorde, opende ze de deur en trok hem naar binnen. At hem op, zijn gulzige vriendin, zijn studente. Zou nu niet meer kunnen, een relatie met een studente. Bij de eerste verdenking zouden ze hem met pek en veren de Oudemanhuispoort uit jagen. Hij bevingert de rimpels in zijn voorhoofd. De mensen zijn anders gaan denken. Conservatiever. Terug naar vroeger. De meerderheid dringt zijn kleingeestige seksuele moraal op aan de minderheid. De stem van het volk, daar moeten we tegenwoordig naar luisteren. Een doodgewone man die zijn boodschappen staat in te laden in zijn Opel Astra op het Gelderlandplein. Die kan ons de weg wijzen. Wachtman moet glimlachen bij de gedachte. Alsof het volk iets van de rechtsstaat begrijpt. Met een hand op zijn dijbeen, de ander aan de wastafel geklemd, staat hij op van de pot. Hij knipt het licht aan. Zijn ogen moeten een moment wennen. Wachtman bekijkt zichzelf in de spiegel.

Bleek, altijd geweest. De hoeveelheid zonnebrand die er in 46 jaar wel niet op zijn lichaam moet zijn gesmeerd. Zijn moeder liet hem altijd allebei zijn handen open houden. Dan druppelde ze de crème op zijn palmen. ‘Links is voor je rechterarm, rechts is voor je linkerarm.’ Daarna kreeg hij twee klodders voor zijn benen. Dan volgden buik, borst, schouders, als laatste zijn hoofd. Wachtman moest alles zelf doen. Alleen zijn rug deed zijn moeder. Haar nagels tussen zijn schouderbladen, dat was een fantastisch gevoel. Sinds hij zijn krullen is verloren, oogt hij bleker. Alsof iemand met een brede kwast een vleesstreep over zijn hoofd heeft getrokken. Zijn borstelige wenkbrauwen een herinnering aan zijn oude furie.

‘Aan alle goede dingen komt een eind,’ had zijn vriend Dumortier gezegd. Hij zal het gaan missen.

Wachtman wrijft over zijn buik, liefkozend, alsof er een baby in zit. Uit zijn navel verwijdert hij een pluisje. De kwabben in zijn zij vullen zijn handen, zoals hij ooit de borsten van Freya mocht omvatten. Naar objectieve maatstaven kan niet gezegd worden dat hij een mooie man is. Hij trekt zijn buik in. Zo zag hij er vroeger uit. Als hij nou ’ns twintig kilo zou afvallen, zou Freya dan weer net zo naar hem hunkeren als vroeger? Hij is krom. Nee, hij staat krom. Als hij zijn schouders naar achteren trekt, als hij dat zou doen, is hij tien centimeter langer. Wachtman houdt zijn armen in de lucht als een gewichtheffer, spant zijn biceps. Hij duwt zijn armvet omhoog, alsof hij spieren heeft. Hij lacht naar zijn spiegelbeeld. Niet echt voorbestemd om bodybuilder te worden. Wachtman is tot grootsere zaken voorbestemd.

Uit de slaapkamer klinkt tevreden geronk. Snurken mag het niet genoemd worden. Net wanneer ze geluid begint te maken, stokt de adem. Toen hij het voor het eerst hoorde, schrok hij zich rot. Ze stikt! Hij schudde haar wakker. Freya boos. Ze zei dat ze niet snurkte. Nou goed, dan snurk je niet. Nu hij weet dat ze blijft leven, zijn Freya, kan het hem ook niet schelen wat het is. Hoe kan hij haar ooit vertellen dat zíj de oorzaak is? Een klein, roodharig hummeltje. Hij gunt haar echt wel een kind, een Wachtmannetje. Kon ze hem maar weer onvoorwaardelijk lief hebben. Hij scheurt een stukje wc-papier van de rol en maakt het uiteinde van zijn piemel schoon. Waarom doet hij dit? Hij draait zich om en deponeert het in de wc. Nee, niet doortrekken. Dan wordt Freya wakker.

 

Contactgegevens

Ontvang het laatste Ambo|Anthos nieuws via RSS.

Of abonneer handmatig met de Atom URL